zondag 27 mei 2007

tandem

De Tandem

Ik zag hem honderd meter voor mij rijden, Benjamin Nachwasser. En instinctief wist ik hoe laat het was. Vier jaar geleden in november, was Naomi 's-morgens niet meer opgestaan. En vanaf die tijd, was Benjamin de weg behoorlijk kwijt. Hij pakte dan hun tandem uit de schuur, bond de knuffel van Naomi aan de fietsbel en bevestigde de Israƫlische vlag aan de bagagedrager.
Rustig ging ik naast hem rijden en keek hem aan, hij had zijn jas nog open, door zijn brillenglazen keek hij mij angstig aan. "alles van waarde is weerloos" mompelde hij. “Waar ga je heen, Benjamin”, vroeg ik, naar het einde", zei hij. En fietste onverdroten door.
Na een tijdje, vroeg ik, “mag ik met je meefietsen naar het einde”? Benjamin keek me heel even aan en knikte. Zo fietsten we verder. Het werd een hele, lange stille tocht. Maar Benjamin wist blijkbaar heel zeker, wat het einddoel van de tocht was. Af en toe herhaalde hij teksten van Lucebert. En dan begon hij ineens in het hebreeuws klaagliederen te zingen. We waren nu in een duingebied aangekomen en in de verte zag ik het dreigende silhouet van de hoogovens tegen de bewolkte hemel afsteken. Ineens draaide hij zijn hoofd om naar mij. , En zei, "Isaac moet geofferd worden",. Moeizaam ging het heuvelopwaarts, het onbezette deel van de tandem ging slingerend omhoog en naar beneden. We reden door Wijk aan Zee en volgden de weg naar de pier. Langzaam reden we de pier op.
De golven beukten op de basaltblokken. Er stonden wat hengelaars. Benjamin reed door tot de vuurtoren. Toen stapte hij af. Hij knoopte zijn jas dicht, deed zijn keppeltje op en riep in het hebreeuws "uw wil geschiede" en duwde de tandem van de pier af. Hij keek niet meer om en beende met grote passen de pier af. Toen draaide hij zich naar mij om, zijn ogen stonden nu rustig en hij zei tegen mij, “ik ben blij, dat de heer mij heeft vergezeld”. En vervolgens vroeg hij of ik een strippenkaart bij me had.


Aad Tijssens

Spoorlaan 18

1851 HK

Heiloo.

Geen opmerkingen: